Suiker | Kristalhelder - page 10

deze boer gaat opleveren. Aan aarde, steen en
achtergebleven blad hebben ze natuurlijk niets
in de fabriek.
Via een enorme pomp worden de bieten de
fabriek in getransporteerd, waarbij grote zeven
de bladen en stenen die van het land zijn
meegekomen eruit filteren. Met behulp van
krachtige waterstralen worden de bieten
meteen grondig gewassen. Het vuile water
wordt in een waterzuiveringsinstallatie bij de
fabriek gezuiverd en opnieuw gebruikt voor de
volgende lading bieten. Dit is de grote
schoonmaak die voorafgaat aan het proces van
suikerbiet tot bietsuiker.
De schone bieten gaan via transportbanden
naar een voorraadbunker. In deze ruimte
wachten ze op hun gang naar de snijmolens
die ze aan reepjes snijden. Als een soort frieten
vallen ze op een transportband die naar een
grote ketel leidt, de broeitrog. Daar begint de
eigenlijke suikerwinning.
Bieten bestaan uit harde, vezelige cellen
waarin de suiker in opgeloste vorm is
opgeslagen. Het is de bedoeling die suiker
letterlijk los te weken uit de harde cel. De
suiker lost op in warm water en de vezels doen
Grote schoonmaak
Suiker uit de cel
dat niet. In de broeitrog worden de vezels op
zo’n zeventig graden stuk gekookt. De cellen
van deze vezels laten dan water door en in dat
water kan de suiker oplossen. Het verwarmde
bietensnijdsel wordt vervolgens overgepompt
naar de zogeheten diffusietoren, een grote,
hoge tank. Hierin wordt voortdurend warm
water aangevoerd. Net als de groenten, wortels
en kruiden die aan een soep hun smaakstoffen
afgeven, geven de bietensnijdsels hun suiker af
aan deze steeds zoeter wordende
suikerwateroplossing. Als nagenoeg alle suiker
aan de cellen is onttrokken, rest slechts pulp,
die wordt gedroogd en tot veevoederbrokjes
geperst. De dikke bouillon noemen we ruwsap,
dat nu eerst gezuiverd moet worden.
Ruwsap bevat naast suiker ook andere
oplosbare stoffen zoals zouten, eiwitten en
kleurstoffen uit de biet. Om deze stoffen te
verwijderen worden ongebluste kalk en
koolzuurgas toegevoegd. Wanneer deze
oplossing wordt gefilterd, blijft de kalk met de
zouten en eiwitten achter op het filter en
resteert een helder, dun sap. Dit zogenaamde
carbonatatieproces – genoemd naar het
gebruik van koolzuur – wordt nog eens
herhaald om een extra heldere oplossing te
krijgen. Deze kristalheldere vloeistof heet nu
dunsap. De neergeslagen zouten en eiwitten
Zuiver sap
1,2,3,4,5,6,7,8,9 11,12,13,14,15,16,17,18,19,20,...28
Powered by FlippingBook